Johnny Cash, de onvervalste ‘outlaw’ die liedjes zong alsof hij als cowboy aan het kampvuur zat, schreef in de jaren vijftig country- en rockabillygeschiedenis op het Sun-label. De ongepolijste en charismatische Cash werd aan het eind van de jaren zestig een superster in Amerika, compleet met een eigen tv-show en een glanshuwelijk met June Carter. In de jaren negentig bracht Cash zijn American Recordings albums uit, die juichend werden ontvangen. Op deze cd’s zong Cash een divers repertoire: van volksliedjes tot alternatieve rockcovers. Cash slaagde er in om een eigen unieke stijl te scheppen, een amalgaam van gospel, folk, rock en vooral country. Vier maanden nadat zijn vrouw overleed, stierf Cash op 12 september 2003. In 2005 bereikte Cash postuum een enorm publiek toen zijn leven werd verfilmd in Walk The Line.
meer
(bron: wikipedia)Dr. John (New Orleans, Louisiana, 20 november 1941 – 6 juni 2019), ook bekend als Dr. John Creaux of Dr. John the Night Tripper, was het pseudoniem van pianist, zanger en songwriter Malcolm John (Mac) Rebennack Jr. In zijn muziek combineerde hij blues, boogiewoogie en rock-'n-roll.
Zijn vader, die ook Malcolm John Rebennack heette, had een radio- en televisiewinkel en verkocht ook grammofoonplaten, waardoor de zoon al vroeg allerlei muziekinvloeden onderging, waaronder de blues van Big Bill Broonzy en Memphis... meer
Dichteres en schrijfster Patti Smith geniet begin jaren zeventig al bekendheid in de New Yorkse underground met haar energieke poëzievoordrachten. Haar werk is doorspekt met een iconische verering voor rockhelden als Jim Morisson, Brian Jones en Jimi Hendrix. Namen aan wie zij zich ook meet wanneer zij begint te zingen en in 1975 haar debuutplaat Horses maakt onder leiding van producer John Cale. Horses heeft een krachtig garagerock-achtig geluid, het decor waartegen Smith haar epische teksten half gesproken/half gezongen uitspuwt. Zij vindt niet veel later een prominente plek in de New Yorkse new wave scene en heeft in 1978 zelfs een wereldwijde hit met het, samen met Bruce Springsteen geschreven nummer Because The Night. Jarenlang verdwijnt zij vervolgens van het toneel om zich te wijden aan haar echtgenoot Fred 'Sonic' Smith (MC5) en hun kinderen. Pas na het overlijden van Smith keert zij in 1996 terug aan het muziekfront met Gone Again. Ondanks de voorafgegane persoonlijke tragedie klinkt de zangeres hierop krachtiger en geïnspireerder dan ooit. Patti Smith was de eerste zangeres die haar vrouwelijkheid onopgesmukt en met androgyne kracht verbond aan persoonlijke obsessie en spiritualiteit. Een rockpriesteres die navolging vond in onder andere Alanis Morissette en P.J. Harvey. (MR)
De in Montreal geboren Leonard Cohen was al een gewaardeerde dichter en schrijver toen hij in de jaren zestig doorbrak als liedjesschrijver. Zijn donkere poëzie stak het werk van Dylan bijkans naar de kroon en inspireerde veel artiesten (o.m. Judy Collins en Nick Cave) om een van zijn nummers op te nemen. Met het klimmen der jaren verfijnde Cohen zijn talent als songschrijver en wist hij zijn gepassioneerde songs altijd te voorzien van bijtende zwarte humor. Zijn oude opnames waren grotendeels akoestisch, maar aan het eind van de jaren tachtig vond Cohen zichzelf opnieuw uit door zijn geluid succesvol te voorzien van moderne productietechnieken. Hierna nam zijn productiviteit af, maar zorgde comebackalbums als Ten New Songs (2001) en Old Ideas (2012) voor hernieuwde interesse in zijn werk en optredens.
Vooral in zijn eigen Engeland is Paul Weller (1958) een volksheld, vaak liefkozend geduid met zijn bijnaam ‘The Modfather’. Weller groeit op in Londen waar hij in 1976 de populaire new wavegroep The Jam oprichtte. Nadat die groep uit elkaar valt speelt hij nog even in The Style Council, waarin hij zijn voorliefde voor soul en jazz uitleeft. Als solo-artiest boekt Weller succes met de albums Wild Wood en Stanley Road. Wanneer de bandleden van Oasis hem uitroepen tot een grote inspiratiebron, weet Weller een nieuw, jong publiek aan te boren.
Met zijn gepassioneerde stemgeluid en ondersteund door de soepele grooves van de Hi Records huisband (onder leiding van Willie Mitchell) was Al Green heer en meester van zowel de Memphis soul als de rhythm & blues van de vroege jaren zeventig. Hij was een ware hitmachine gedurende die jaren maar na een persoonlijke openbaring switchte hij naar gospelmuziek en kocht hij een kerk waarin hij ging prediken. De spirituele albums die hij regelmatig uitbrengt benaderen nog moeiteloos zijn oude werk en bevestigen zijn status van een van de grootse zangers die de soul ooit voortbracht.
Willie Nelson (1933) begon in een conventionele Nashville countrystijl en oogstte groot succes als schrijver van het nummer Hello Walls, waarmee onder andere Faron Young een hit had. Als performer was hij aanvankelijk minder succesvol. In de jaren zeventig schreef hij geschiedenis door samen met Waylon Jennings de ‘outlaw country’ uit te vinden. Zij lieten hun haren lang groeien en omarmden een rauw, met rockinvloeden geïnjecteerd countrygeluid waarmee zij een miljoenenpubliek van zowel country- als rockfans bereikten. Vervolgens begon de langharige Nelson te avonturieren met Sinatra-repertoire op het standards album Stardust. Het werd een groot succes waarmee hij zijn naam wist te vestigen als grensverleggend artiest. Tot vandaag blijft hij muziekstijlen verkennen, van pop tot reggae en werkt hierin samen met uiteenlopende namen als Ryan Adams en Julio Iglesias.
(bron: wikipedia)Declan Patrick MacManus (Paddington (Londen), 25 augustus 1954), beter bekend als Elvis Costello, is een Brits muzikant, zanger en liedjesschrijver van Ierse afkomst. Zijn voornaam is afkomstig van Elvis Presley; zijn achternaam komt van de artiestennaam van zijn vader, Day Costello.
Costello werkte midden jaren zeventig als computerprogrammeur en trad in folkclubs op als D.P. Costello en was daarmee een vroeg lid van de pubrockscene in Londen.
In 1977 verscheen zijn eerste album, My Aim Is True, dat nog werd... meer
(bron: wikipedia)Robert Peter (Robbie) Williams (Stoke-on-Trent, 13 februari 1974) is een Brits popzanger. Van 1990 tot en met 1995 maakte Williams deel uit van Take That. Na die periode werd hij een succesvol solozanger. In 2010 werd hij weer kortstondig lid van de boyband.
Williams heeft meer dan 55 miljoen platen wereldwijd verkocht. Hij is de best verkopende Britse soloartiest in het Verenigd Koninkrijk en de best verkopende niet-latino-artiest in Latijns-Amerika. Zes van zijn albums staan in de top 100 meest... meer
De Amerikaanse zanger Solomon Burke is een ware soullegende. Zijn pioniersrol in de soulmuziek is moeilijk te overschatten. Daarnaast was Burke, als begrafenisondernemer, predikant van een eigen kerk en met zijn opvallende podiumverschijning ook nog eens een bijzonder interessant figuur. Sinds een radiodeejay hem kroonde tot King Of Rock & Soul, trad Burke steevast op in een mantel met een kroon op. Toen hij te zwaarlijvig werd om nog staande op te treden, liet hij een troon op het podium installeren. Zijn carrière gaat terug tot het begin van de jaren zestig, toen Burke legendarische opnamen maakte voor het Atlantic-label. Als eerste zwarte artiest waagde hij zich toen aan countryrepertoire. Dat deed hij zo overtuigend dat hij na het scoren van een countryhit geboekt werd door de Ku Klux Klan. Op het podium vocht hij amusante verbale vetes uit met die andere soulzanger met koninklijke aspiraties: James Brown. Vanaf de jaren zeventig werd de zanger steeds minder succesvol en werden eerdergenoemde nevenactiviteiten steeds belangrijker. In 2002 bracht hij zijn comebackalbum Don't Give Up On Me uit. Deze cd, waarop hij liedjes zong die voor hem werden geschreven door onder anderen Elvis Costello, Tom Waits en Brian Wilson, werd erg goed ontvangen door zowel pers als publiek en bracht Solomon Burke weer volop in de belangstelling. Vlak voor een concert met De Dijk, waarmee hij een album opnam, kwam Burke te overlijden. Hij werd 70 jaar.
Tom Jones groeide op in Wales als zoon van een mijnwerker. Hij leerde zingen in het kerkkoor en in de kroeg. Als zanger van de beatgroep Tommy Scott & The Senators werd hij ontdekt door producer Joe Meek, maar Jones boekte pas successen aan de hand van manager Gordon Mills. Zijn robuuste stem en goede looks brachten miljoenen vrouwen in vervoering en nummers als Green Green Grass Of Home en What’s New Pussycat waren midden jaren zestig grote hits. Jones verhuisde naar de Verenigde Staten en speelde in de jaren tachtig vooral grote glamourshows in Las Vegas. Na een wat minder periode dook Jones eind jaren tachtig weer op met de Prince-cover Kiss, een samenwerking met The Art of Noise. In 1999 raakte Jones opnieuw de jackpot met Reload, een album vol met duetten. Hij scoorde grote hits samen met The Cardigans en The Stereophonics en Mousse-T (de nummer 1-hit Sex Bomb).
Als Robert Plant na het uiteengaan van Led Zeppelin nooit meer een noot had gezongen, zou hij nog altijd de geschiedenis in zijn gegaan als één van de grootste rockzangers aller tijden. Zijn gezonde productiviteit in zijn post-Zeppelin solocarrière is het bewijs van een eigen artistieke visie. Toegegeven, Plants eerste platen aan het begin van de jaren tachtig lagen nog dicht bij Led Zeppelin, maar ten tijde van Shaken ’n Stirred (1985) had hij meer gemeen met Peter Gabriel dan met jaren zeventig bluesrock. In een uitstapje met The Honeydrippers verkende Plant zijn liefde voor rock & roll uit de jaren vijftig. In de 21ste eeuw verkende hij rootsmuziek uit verschillende windstreken. Op het voor een Grammy genomineerde album Dreamland (2002) blies hij nummers van The Youngbloods en Tim Buckley nieuw leven in. Vijf jaar later verrast hij met het intieme album Raising Sand, een duetplaat met bluegrass-icoon Alison Krauss.
Bo Diddley wordt beschouwd als een van de grondleggers van de rock-’n-roll, met een geluid dat reeds op zijn allereerste single Bo Diddley (gebaseerd op het slaapliedje Hush Little Baby) zijn definitieve vorm had gevonden. Met zijn rechthoekige Gretschgitaar, een volumepedaal en wat maracas produceerde hij daarop een metaalachtige percussieve beat, die door volgers als The Rolling Stones (Mona, Not Fade Away), Buddy Holly (Not Fade Away) en The Band (Who Do You Love?) nadrukkelijk zou worden gekopieerd. Zoals zoveel rockers van het eerste uur wist hij geen aansluiting te vinden bij de trends die volgden en belandde in het 'golden oldies'-circuit. Het respect onder zijn collega’s bleef onverminderd groot. Zoals Tom Petty het uitdrukte: “Elvis is king, but Bo Diddley is daddy.“
Hoewel pers en publiek zich aanvankelijk vooral interesseerden in het knappe uiterlijk van zangeres Debbie Harry, was Blondie één van de eerste new wave bands, die in de jaren zeventig experimenteerde met andere muziekstijlen. De band begon in de jaren zeventig in de scene rond de CBGB club in New York. De band boekte enorm commercieel succes toen ze hun door meidengroepen beïnvloede punkpop lardeerden met disco, reggae en rap. Nadat de groep in de vroege jaren tachtig uiteen viel, ging Harry solo. Ook acteerde ze in een aantal speelfilms. Blondie had in de late jaren negentig een succesvolle reünie en hun nieuwe album bewees dat de band nog lang niet klaar was.
Al vier decennia houdt Eric Clapton de erfenis van de Britse blues levend in de mainstream rock. Vanaf zijn tijd bij de Yardbirds en John Mayall, gedurende zijn periode als gitaargod bij Cream en Blind Faith en uiteindelijk ook op zijn kalmere soloalbums, bewees Clapton een van de succesvolste rockmuzikanten te zijn. Vanwege zijn supersterrenstatus als gitarist dook Clapton op naast de grootste acts van de twintigste eeuw. Zo speelde hij de solo op While My Guitar Gently Weeps van The Beatles, speelde hij mee tijdens The Bands Last Waltz en nam hij een album op met B.B. King. ‘Slowhand’ overwon veel persoonlijke tegenslagen en kan inmiddels terugkijken op een lange en productieve loopbaan.
Deze groep uit Athens creëerde eigenhandig hét geluid van de jaren tachtig, met een mix van het typerende ritme van The Velvet Underground, het jengelende Rickenbacker-gitaarspel van The Byrds en hun eigen charismatisch vage zang. Veel bands volgden hun voorbeeld. Maar zelfs toen het R.E.M.-geluid de norm werd binnen het lucratieve “alternative rock”-genre weigerde de groep stil te blijven staan. De band bleef veranderen en zich ontwikkelen, zonder ooit hun undergroundprincipes los te laten. Op de één of andere manier werden ze in de loop der tijd supersterren, maar ook dit veranderde hun overgave aan hun muziek niet. In 1997 verliet drummer Bill Berry de groep, maar Michael Stipe, Peter Buck en Mike Mills bleven volharden, ondanks zijn afwezigheid. In september 2011 werd de band opgeheven..
Lou Reed behoort tot de weinige grote literaire woordkunstenaars die de popgeschiedenis rijk is. Na het verlaten van zijn eigen band Velvet Underground in 1970 drukte hij een stempel op dit decennium met indrukwekkende soloalbums als Berlin en het door David Bowie geproduceerde Transformer. Zijn toenemende oeuvre was vervolgens van wisselende kwaliteit en beleefde pas in de loop van de jaren tachtig nieuwe hoogtepunten met albums als The Blue Mask en New York. Gedurende zijn carrière ging hij regelmatig bijzondere samenwerkingen aan met onder andere zijn oude bandmaat John Cale en de excentrieke theatermaker Robert Wilson. Daarnaast bleef hij immer een ondoorgrondelijke grotestadspoëet en onbetwist een van de meest invloedrijke songwriters van de twintigste eeuw. Reed was getrouwd met de Amerikaanse kunstenares Laurie Anderson. Hij overleed op 71-jarige leeftijd op 27 oktober 2013 aan een leveraandoening.
(bron: wikipedia)James Roger McGuinn (Chicago, 13 juli 1942 als James Joseph McGuinn III) is een Amerikaanse singer-songwriter. Hij is bekend als de oprichter, zanger en sologitarist van The Byrds. Met zijn twaalfsnarige gitaar droeg hij in hoge mate bij aan het herkenbare geluid van de groep.
Roger McGuinn was als tiener al een grote liefhebber van folkmuziek. Hij speelde gitaar en banjo en trad op met The Limeliters, Chad Mitchell Trio en Bobby Darin. Hij ging voor Darin’s muziekuitgeverij werken. Nadat... meer
Tony Bennett werd in 1926, in Queens, New York geboren als Anthony Dominick Benedetto. Al op jonge leeftijd trad hij op als zanger en had hij ambities om van zingen zijn beroep te maken. School, werk en de Tweede Wereldoorlog weerhielden hem er niet van deze ambitie te verwezenlijken. Die kans kreeg hij toen hij werd 'ontdekt' door Bob Hope, die hem ook adviseerde zijn naam te veranderen in Tony Bennett. In 1950 kreeg Bennett een platencontract en begin jaren vijftig waren er de eerste grote successen met diverse top 5-hits. Ondanks de populariteit van de rock-'n-roll slaagde hij erin dit succes te blijven behouden. Hij ontwikkelde zich tot een crooner in de stijl van zijn voornaamste concurrent Frank Sinatra en begon zich te interesseren voor de expressiemogelijkheden die de jazz bood.
Eind jaren zestig was er een kentering in de populariteit van Bennett en de platenverkoop daalde, maar toen eind jaren zeventig de waardering voor de traditionele 'standards' weer toenam, kwam Bennett weer volop in de belangstelling, ook van jongere generaties. Dat bewees hij met zijn succesvolle comebackalbum MTV Unplugged (1994), waarvoor hij de Grammy voor album van het jaar ontving. Bennett is een van de laatst overgeblevenen van de haast uitgestorven generatie van crooners die, gehuld in smoking en met orkest en pianist, de nummers uit het 'Great American Songbook' vertolken.
Zoals veel Britse rockacts uit het midden van de jaren zestig, begon The Kinks als rhythm & blues groep om vervolgens een fundament te leggen voor hardrock. Als volgende stap maakte de groep albums als complete rockopera’s vol pretentieloze working class vertellingen, waarin zowel invloeden van The Beatles als Britse music hall muziek doorklonken. De bijtende sociale commentaren van Ray Davies en het primaire gitaarspel van zijn broer Dave vormden daarbij een bijzondere en invloedrijke combinatie. Het regelmatig onderbroken (vooral in Amerika uiterst succesvolle) voortbestaan van The Kinks is altijd afhankelijk gebleven van de explosieve relatie tussen de gebroeders Davies.
Doordat hij als kind aan polio leed, bleef de Londense zanger Ian Dury zijn hele leven slecht ter been. Hij zette zijn handicap in als een onderscheidend element in zijn optredens. Dury (1942 - 2000) brak pas als late dertiger door in het punktijdperk waar hij in de smaak viel vanwege zijn afwijkende uiterlijk en grappige liedteksten in plat accent. De muziek van Dury en zijn vaste begeleidingsband The Blockheads was een mix van rhythm & blues en rock-n’-roll met snufjes funk, reggae en punk. Met Sex And Drugs And Rock N Roll en Hit Me With Your Rhythm Stick scoorde hij in 1978 twee top-10hits in Nederland. In het nummer Spasticus Autisticus, volgens veel critici zijn beste lied, bezong hij op onnavolgbare wijze zijn eigen handicap. Voordat Dury doorbrak met The Blockheads speelde hij met de groep Kilburn & The High Roads. Ians zoon Baxter Dury is ook actief als singer/songwriter.