1969 New Orleans jazz festival
Catalogusnr.:JED0816
Film uitgebracht:0001
Drager uitgebracht:September 2013
Genres:
- Jazz
- Mainstream en swing
- Jazz vocaal
- Bebop
- Cool jazz/West coast
Totale speelduur:61 min.
Jouw waardering:
- *
- *
- *
- *
- *
Gemiddeld:nog geen waarderingen
Product:1 dvd-video
Bestel-info:
- MVD Visual MVD5969D
DVD regio:
- regio 0 (oa. Nederland)
TV standaard:
- NTSC
- Kleur
Object status:
Filmbeelden

Tracks
-
11969 New Orleans jazz festival
Gerelateerde artikelen
-
Canon der cultartiesten: Bud Powell
De Amerikaanse jazzpianist Bud Powell wordt gerekend tot de belangrijkste pioniers van de bebop en als vernieuwer van de moderne… meer
-
Nederlandse jazz: Boy Edgar Prijs
Sinds 2021 wordt Nederlands meest prestigieuze jazzprijs, de Boy Edgar Prijs beheerd door Fonds Podiumkunsten. Een eervolle… meer
-
Rudy Van Gelder overleden
Geluidstechnicus Rudy van Gelder overleed op 25 augustus 2016 op 91-jarige leeftijd. Hij was vooral bekend van zijn werk voor… meer
-
De Tijdmachine: Vooroorlogs Rotterdam
Vier dagen na de Duitse inval van Nederland op 10 mei 1940 werd Rotterdam gebombardeerd. Het bombardement en de daarop volgende… meer
-
De Tijdmachine: Frank Sinatra
1915 was geen goed jaar. De Eerste Wereldoorlog raasde over de wereld. Toch was er op 12 december van dat jaar een klein… meer
Genres Jazz vocaal
Vocale jazz is iedere jazzstijl, waarin de menselijke stem de hoofdrol speelt. In tegenstelling tot de instrumentale jazz zijn het de vrouwen die de vocale jazz domineren. Toen de jazz als stijl was geboren, eisten ze een plaatsje op in de frontlinie van bands van pioniers als Louis Armstrong (Lil’ Hardin) en Duke Ellington (o.a. Ivie Anderson). Tijdens de swing-periode kwamen twee zangeressen op die tot op de dag van vandaag hun stempel op de vocale jazz drukken: Billie Holiday en Ella Fitzgerald. Fitzgerald zong niet alleen haar liedjes, maar gebruikte haar stem ook om te scatten, een techniek waarmee de stem wordt gebruikt om woordeloos te improviseren zoals een muziekinstrument dat zou doen. Louis Armstrong, die in zijn vroege periode de blues zowel speelde (trompet) als zong, was één van de eerste zangers die die techniek ontwikkelde. In de jaren ‘40 ontwikkelde Eddie Jefferson de zogenaamde vocalese, door teksten te schrijven op (beroemde) instrumentale jazzcomposities en -improvisaties. Een vreemde eend in de bijt was Frank Sinatra die niet alleen een popidool was, maar door velen ook wordt beschouwd als de beste mannelijke jazzvocalist aller tijden. Moderne crooners als Jamie Cullum en Michael Bublé zetten die lijn voort. Naast individuele jazzzangeressen en -zangers zijn er nog de zanggroepen, bijvoorbeeld Lambert/Hendricks /Ross, Manhattan Transfer en Take 6. meer
Bebop is de beweeglijke grote-stadsmuziek vol complexe akkoorden en verrassende ritmische accenten, die in de vroege jaren veertig werd ontwikkeld tijdens jamsessies in de New Yorkse club Minton’s Playhouse. De grotere orkesten uit het swing-tijdperk maakten daarbij plaats voor kleine combo’s, meestal bestaande uit een ritmesectie (drums, bas, piano) en enkele blazers (trompet, saxofoon). Het basisritme van de swing, met vier klappen per maat op de bassdrum, werd verplaatst naar het grote bekken, de high-hat kreeg de after-beat en op de rest van de trommels en bekkens werden de meest gewaagde accenten gegeven. De akkoorden kregen vele harmonische toevoegingen en de akkoordenschema’s werden steeds complexer. Niet meer de melodie van een nummer, maar het ingewikkelde akkoordenschema werd het uitgangspunt voor improvisaties, meestal in een moordend tempo. Mede dankzij de moeilijk mee te neuriën melodieën en het excentrieke gedrag van een aantal bop-sterren kwam de bebop al snel in een subcultuur terecht. Toch zijn in vrijwel alle moderne jazzstijlen de harmonieën en ritmiek van de bebop terug te vinden.
Cool jazz is een meestal door blanken gespeelde variant van bebop waarin de musici hun emoties wat meer onder controle probeerden te houden. De tempo’s waren lager dan bij bebop en er was (net als bij de swing) meer aandacht voor arrangementen en consonante klanken. De blanke pianist Lennie Tristano, een van de grote initiatoren van de cool jazz, wilde geen ritmische fratsen van de drummer maar een gelijkmatige puls waarover de blazers met bijna chirurgische precisie samenspeelden. Trompettist Miles Davis zette rond 1950 de toon voor een zachtere, subtielere manier van spelen met het uitbrengen van Birth of the Cool, muziek voor een 9-mansformatie die werd gearrangeerd door de blanke arrangeurs Gil Evans en Gerry Mulligan. Mulligan, een vermaard baritonsaxofonist, was samen met musici als Shorty Rogers en Art Pepper één van de belangrijkste exponenten van de west coast jazz, een aan de cool jazz verwante stijl die werd gespeeld door voornamelijk blanke muzikanten die werkten in de studio’s van California.
Artiest Clark Terry
Trompettist Clark Terry (14 december 1920- 21 februari 2015) begon zijn professionele carrière begin jaren veertig in lokale bands in zijn geboortestad St. Louis. Na de Tweede Wereldoorlog kwam hij terecht in de band van Lionel Hampton. Van 1948 tot 1951 maakte hij deel uit van het orkest van Count Basie. Daarna stapte hij over naar de big bands van Duke Ellington (1951-1959) en Quincy Jones (1960). Terry had met zijn spelopvatting grote invloed op andere trompettisten, bijvoorbeeld Miles Davis. Ook was hij een pionier van de bugel (flügel horn) in de jazz. Terry was zowel thuis in de swing als de hardbop en stond bekend om zijn techniek en goede humor. In de jaren zestig werkte hij voor de Amerikaanse omroep NBC, waar hij regelmatig optrad in de band van de Tonight Show. Hij werd ook beroemd als scat-zanger en scoorde een hit met Mumbles, dat vervolgens ook zijn bijnaam zou blijven. Na zijn periode bij NBC ging Terry aan de slag als studiomuzikant en docent en leidde hij enkele eigen bands. Hij trad over de hele wereld op tijdens festivals, speelde in clubs en nam platen op, als leider en als sideman. meer
Trompettist John Birks “Dizzy” Gillespie was een van de grondleggers van de bebop. Gillespie (1937, Cheraw, South Carolina) speelde trompet in bigbands van achtereenvolgens Teddy Hill en Cab Calloway. In nachtelijke jamsessies in Minton's Playhouse in New York overschreed hij samen met gelijkgestemden als saxofonist Charlie Parker, pianist Thelonious Monk en drummer Kenny Clarke de grenzen van de swing door te experimenteren met harmonische vernieuwingen, complexe thema’s, hoge tempo’s en verrassende ritmische accenten. Gillespie, tegelijkertijd de leidende theoreticus en grootste entertainer van de bebop, leidde eigen combo’s en een bebopbigband. Hij voegde meer en meer Afro-Cubaanse elementen toe aan de bebop en werd zo een wegbereider voor de latin jazz. Zijn karakteristieke verschijning met schuin omhoog gebogen trompet en enorm uitpuilende wangen deden haast vergeten dat hij een virtuoos trompettist was.